De gemeente is een reusachtig land
vol uithoeken, onkenbaarheid
Heerlijk plat en uitzichtloos
en niet te overzien
Vol verrassingen, zelfs in wat je kent:
Honderd rondjes met de hond
of met gesprek of met gedachten
Dwalend door je broekzak
ken je elke boom
en ook weer niet, alsof
ze elke dag verwisselen
Mijn broekzak - voor een frisse neus
en natte voeten - noem ik het Apebos
omdat ik me voorstel dat er gibbons
aan lianen tussen bomen vliegen
soms wat bavianen komen drinken
in het vennetje dat in het midden ligt
Ze zijn er niet, zo goed ken ik ‘t bos
maar ik heb mijn stukje om te aarden
te kalmeren, weg te dromen
Ik ken het en ik ken het niet
als een geliefde, zo dichtbij
Zo ken ik mijn stad
en zo ken ik haar niet
P.S. Het Apebos ligt ingeklemd tussen Euregioweg en Glanerveldweg
Arthur Adam ten Cate